Legio Patria Nostra
Periode | 2001 |
Beschikbaar in archief | [1] |
Genre | Documentaire |
Decennia | 2000-2009 |
Medium | televisie |
Externe info | Dokwerk |
Beschrijving
In deze documentaire van Dokwerk volgt de kijker een aantal oudgedienden van het Franse vreemdelingenlegioen tijdens hun verblijf op een wijnboerderij van het Legioen in het Franse Puyloubier. Hier kunnen ze werken en verblijven, omdat dat in de gewone samenleving vaak niet meer lukte. De meesten kwamen na hun tijd in het leger in financiële problemen of kregen te maken met een alcoholverslaving of een ziekte. Zij vertellen nu hun verhaal over de tijd in het Legioen en vergelijken het met de omstandigheden waar de vrijwilligers van nu mee te maken hebben. Parallel aan deze verhalen krijgen we ook beelden en interviews te zien en te horen van de nieuwe generatie.
Achtergrondinformatie
Deze documentaire is door een behoorlijk aantal Nederlandse dagbladen gerecenseerd. Raymond van den Boogaard noemde de film in het NRC Handelsblad een "nieuwe en uitstekende documentaire van Maarten Schmidt en Thomas Doebele" die, 'mede door zijn opbouw een juweeltje is'. De recensent spreekt vol lof over de gelaagdheid van de film en schrijft dan ook dat de makers uitmunten "in empathische belangstelling en respect voor de mensen die zij spreken". Maud Effting spreekt in de Volkskrant van 29 september 2001 over de 'mooie en sombere wijze waarop de veteranen en hun droevige verhalen in beeld worden gebracht'. Als kritiekpunt geeft ze wel aan dat de documentaire niet overal even gedetailleerd is waardoor het wat minder diepgaand is dan het had kunnen zijn. De recensie die werd gepubliceerd in de GPD-kranten is ook positief over deze productie: "Legia patria nosta, de film van Maarten Schmidt en Thomas Doebele die zondag te zien is bij de VPRO, stemt niet vrolijk en schetst een weinig hoopvol toekomstbeeld, maar zet wel aan tot reflectie". In Trouw verschijnt op 28 september een recensie van Wilfried van der Bles die de documentaire een 'prachtig resultaat' noemt en vindt dat de beelden van het tehuis en de gesprekken met de oude, zieke mannen "de sterkste onderdelen van de documentaire" zijn.
De twee makers, Thomas Doebele en zijn cameraman Maarten Schmidt, werken al lange tijd samen en maken vooral materiaal voor de VPRO. Deze productie is exemplarisch voor de rest van hun oevre waarin de sociaal geëngageerde kant duidelijk naar voren komt. Evenals in hun andere documentaires zoals 'Staat van Verzorging (1987)' en 'Radio Bani Gansé (2007)' wordt ook hier de nadruk gelegd op de sociaal zwakkeren en de emotionele problemen van mensen. Hun respectvolle manier van het benaderen van mensen, zoals dat ook in de recensie van het NRC Handelsblad werd beschreven, is een van hun kenmerken. Hans Beerenkamp onderschrijft dit punt in een special van het NRC Handelsblad over het IDFA van 1998: "In hun laatste, onlangs uitgezonden film De nalatenschap van dr. Esperanto komt een moment voor dat kenmerkend is voor de benadering van Schmidt en Doebele. Een oudere esperantist wordt emotioneel als hij een herinnering aan de Tweede Wereldoorlog ophaalt. Bij SBS6 zou de cameraman langzaam inzoomen op zijn tranen, de gemiddelde integere documentairemaker blijft gewoon met dezelfde instelling doorfilmen. Cameraman Schmidt heeft zoveel respect voor de mensen die hij in beeld brengt dat hij discreet pleegt uit te zoomen."
Makers
Regie: Maarten Schimdt, Thomas Doebele
Research: Angela Dekker
Mixage: Jack Bol
Productie: Nellie Kamer
Omroep: VPRO