Peter Brusse
Naam | Peter Brusse |
Geboren | Rotterdam, 16 maart 1936 |
Functies | Presentator verslaggever |
Bekend van | NOS Journaal, De Orangerie, OVT |
Periode actief | 1962-heden |
Trivia | broer van Kees Brusse, Jan Brusse, Ytzen Brusse |
Peter Brusse in de media Oeuvre van Peter Brusse |
Gedurende veertien jaar is Peter Brusse het Britse ‘Journaalgezicht’ voor de Nederlandse televisiekijker. Brusse is een zachtaardige, objectieve man. Hij is de typische buitenstaander, die er geen probleem mee heeft als hij nergens bijhoort. Hij is beschouwelijk, observeert, luistert en vertelt er dan over. Hetzij met een knipoog, hetzij licht deemoedig. Meestal kiest hij daarbij de kant van de underdog.
Peter Brusse groeit op in Groet (NH) en Nijmegen. Vader Marie Joseph Brusse is een bekend journalist voor het dagblad NRC en schrijver van de roman "Boefje". Marie sr krijgt zeven zonen in drie huwelijken, waarvan een aantal zal uitgroeien tot prominente personen. Het talent van vader om iets uit te dragen lijkt erfelijk te zijn. Peter's broer Kees wordt acteur. Jan is de bekende televisiecorrespondent in Parijs ('Ici Paris'), Mark wordt een gerenommeerd beeldhouwer, ook in Parijs. In het rijtje hoort tevens broer Ytzen thuis, die naam maakt als documentairemaker.
Peter Brusse slaagt er in om aan alle schijnwerpers om hem heen te ontsnappen en zijn eigen weg te vinden. Als werkstudent figureert hij in kleine rolletjes bij het Rotterdams Toneel en de Toneelgroep Centrum. Na zijn rechtenstudie in Amsterdam gaat hij in 1962 als redacteur werken bij de Haagse Post. In 1964 stapt Brusse over naar de Volkskrant en wordt voor deze krant correspondent in Londen. Het bevalt hem uitstekend. De Engelsen zijn voor hem een amusant, onpeilbaar volk; voer voor vele reportages. Afgezien van het actuele nieuws verzorgt hij voor de redactie ook een vaste column, die iedere maandag verschijnt. Pas na 21 jaar, in 1985 keert Peter Brusse terug naar Nederland. De directe reden hiervoor is het overlijden van zijn echtgenote Anke Veringa, van beroep kunsthistorica en modeontwerpster.
Vanaf zijn standplaats Londen levert Peter Brusse in de zeventiger jaren regelmatig bijdragen aan diverse actualiteitenrubrieken, als Televizier Magazine en Brandpunt, wanneer het om Engelse onderwerpen gaat. Hij is ook vaak te horen met een verslag op AVRO’s Radiojournaal Hij reist ook veel. Nieuws 'op locatie' levert hij onder andere in de periode 1976 -1980 in het toenmalige Rhodesië, wanneer daar de onafhankelijkheidskwestie speelt. Ook is hij de eerste verslaggever die een interview afneemt van de Palestijnse leider Arafat (1968). In 1978 wordt Brusse gevraagd om naast zijn werk voor de Volkskrant tevens te fungeren als vaste, freelance correspondent in Londen voor het NOS Journaal. In september 1985 wordt Peter Brusse benoemd tot hoofdredacteur van het NOS Journaal als opvolger van Ed van Westerloo. Het tv-nieuws is op dat moment aan vernieuwing toe vanwege de komst van NED. 3 en de concurrentie van meerdere commerciële en buitenlandse zenders in de Nederlandse huiskamer. Brusse zoekt het vooral in een modernere, snellere presentatie. Aangezien het budget beperkt blijft, kan hij verder weinig verbeteren aan de inhoud. Snelle liveverbindingen via satellieten met de rest van de wereld, zoals de concurrentie doet, zijn slechts beperkt mogelijk. Bovendien voelt de zachtaardige Brusse zich niet echt thuis in zijn rol als baas van een grote groep soms eigengereide journaalmedewerkers. Na een voor hem welkom ‘zijsprongetje’ in 1987 naar de redactieburelen van Elseviers Weekblad, maakt Peter Brusse zijn rentree bij de omroep in 1990 als presentator van de AVRO gespreksserie De Orangerie (1990 - 1992). In dit tv-programma wordt telkens een gast uitgenodigd wiens werk of ontwikkeling wordt gezien als markante bijdrage aan de Nederlandse cultuur; Brusse stelt levensbeschouwelijke zaken aan de orde. Overigens blijft Brusse als freelance Engelandexpert tal van tv-rubrieken van onderwerpen voorzien, wanneer zich maar een Britse aangelegenheid voordoet.
Als radiopresentator verzorgt hij in 1996 voor de AVRO een vaste rubriek, genaamd ‘De toestand in Europa' voor Radio Café.
In 2002 verschijnt de vijfdelige documentaireserie Wij Oranje, die de geschiedenis van het Huis Oranje in al haar facetten belicht. In teamverband verzamelt en onderzoekt Brusse eerst vier jaar lang materiaal voor het programma en verzorgt hij de presentatie. Dankzij deze ervaring krijgt hij er nog een specialisme (Koninklijk Huis) bij en verschijnt hij nadien vaker als ervaringsdeskundige in diverse programma's.
Sinds 2003 heeft Brusse een vaste column in het wekelijkse VPRO radioprogramma OVT, dat geschiedenisonderwerpen onder de loep neemt.
Publicaties
In zijn 'Engelse periode' schrijft Peter Brusse diverse boeken die de gewoontes en trekjes van de eilandbewoners schetsen, vaak in vergelijking met die van Nederland. Zijn eerste boek "Neem nou Londen" haalt de veertiende druk. De titels "Engeland bestaat niet" en "God beter het", dat handelt over Noord-Ierland volgen. Samen met politicus Ed van Thijn schrijft hij de thriller "De dorpelingen van Innocento", dat in 1981 uitkomt. In 1991 verschijnen bij uitgeverij Conserve de reisreportages “De uithoeken van Europa”. Bij uitgeverij Waanders verschijnt in 2002 het boek "Wij Oranje", dat hij en Aukje Holtrop schrijven naar aanleiding van de gelijknamige tv-documentaire. Deze uitgave heeft als ondertitel: "De geschiedenis van een lastig koningshuis en een lastig volk". In 2005 komt bij uitgeverij Balans “Met vlindernet door Swinging Londen”, het relaas van een correspondent in de roerige jaren zestig, uit.
Prijzen en onderscheidingen
In 2001 wordt Peter Brusse geridderd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau